06-57606826
info@evatesselaar.nl

Chronisch nierfalen bij de kat

Chronisch nierfalen bij de kat

Chronisch nierfalen bij de kat

Je bent hier:
< Terug

Nierfalen bij de kat, of nierinsufficiëntie, houdt in dat de nierfunctie sterk verminderd is. De aandoening komt veel voor bij katten, vooral bij de oudere kat.
De behandeling is erop gericht verdere achteruitgang van de nieren te voorkomen en de overgebleven functie zo veel als mogelijk te optimaliseren. Hier zijn verschillende manieren voor.

Wat is de functie van de nieren?
Net als mensen hebben katten 2 nieren. De belangrijkste functies zijn het filteren van afvalstoffen uit het bloed met behulp van nefronen (ontelbaar veel kleine ‘filtertjes’), het produceren van urine en het reguleren van de vochtbalans in het lichaam. Daarnaast maken ze ook hormonen aan zoals EPO (wat helpt bij de aanmaak van rode bloedcellen) en renine (wat helpt bij het reguleren van de bloeddruk)

De nieren hebben een enorme reservecapaciteit, en pas wanneer 65%-70% van de functie is uitgevallen zul je klinische symptomen gaan zien en spreken we van nierfalen. Dit kan zowel chronisch nierfalen als acuut nierfalen zijn.

Acuut nierfalen
Acuut nierfalen bij de kat ontstaat, zoals het woord al doet vermoeden, vrij plotseling en de oorzaak is vaak nog te herleiden. De nieren kunnen bijvoorbeeld beschadigd zijn geraakt door vergiftiging (bijvoorbeeld het drinken van anti-vries of door het eten van lelies) of ten gevolge van een obstructie in de plasbuis waardoor de urine de nieren niet kan verlaten en de nieren door de oplopende druk beschadigen. Afhankelijk van de ernst van de beschadiging is er in het geval van acuut nierfalen soms nog herstel mogelijk wanneer de oorzaak weggenomen kan worden en er adequaat behandelt wordt.

Chronisch nierfalen
In het geval van chronisch nierfalen verliezen de nieren over langere tijd langzaam steeds meer functie en is de oorzaak moeilijker te achterhalen. Herstel is niet mogelijk, de behandeling is erop gericht verdere achteruitgang te vertragen en het leven van de kat aangenamer te maken.

Symptomen
– De kat drinkt en plast veel
– De kat braakt
– De kat eet minder (heeft een verminderde eetlust)
– De kat valt af of is al flink afgevallen
– De kat heeft een slechtere vacht of verzorgd zichzelf minder goed
In het geval van chronisch nierfalen vallen de symptomen vaak in het begin nog niet op, maar naarmate de nierfunctie verslechterd, verslechteren ook de symptomen en ga je meer aan de kat zien en merken.

Diagnose
De diagnose van nierfalen bij de kat kan gesteld worden door middel van bloedonderzoek. In dit bloedonderzoek wordt er naar diverse waardes gekeken die iets kunnen vertellen over de mate waarin de nieren nog functioneren.
De belangrijkste waardes zijn ureum en creatinine. Deze gifstoffen worden door gezonde nieren uit het bloed gefilterd. Wanneer de nieren hun functie niet goed uitvoeren stijgen deze waardes in het bloed waardoor de kat suf kan zijn en bijvoorbeeld naar ammoniak kan gaan ruiken. Nieuw is de waarde SDMA. Deze waarde stijgt al wanneer de nieren voor 25%-40% beschadigd zijn waardoor een vroege diagnostiek mogelijk is.
Naast bloedonderzoek wordt ook urineonderzoek ingezet om het soortelijk gewicht (de mate waarin de nieren de urine concentreren) te bepalen en eventueel na te kijken op een bacteriële infectie die kan zijn opgekropen naar de nieren en daar nierfalen veroorzaakt of bestaande nierinsufficiëntie verergert.

Reguliere behandeling
De behandeling bij de dierenarts bestaat afhankelijk van de ernst van de situatie uit verschillende onderdelen:
Infuus
Bij zeer hoge creatinine- en ureumwaardes kan er gekozen worden om de kat 3 dagen lang infuus te geven om de nieren te spoelen en zo de gifstoffen in het lichaam uit te spoelen en te verdunnen. De kat kan hier klinisch ontzettend van opknappen omdat de gifstoffen (voornamelijk ureum) hem niet langer misselijk en suf maken.
Aangepaste voeding
Katten met een nieraandoening hebben baat bij speciaal nierdieet. Dit is een voeding met een lager fosfor en aangepast eiwitgehalte om de nieren te ontzien.
Het wordt sterk geadviseerd de kat ook natvoer aan te bieden, eventueel aangelengd met extra water, en het drinken van de kat te stimuleren. Het is erg belangrijk dat een kat met nierfalen eet. Ideaal gezien is dat speciale niervoeding, maar wanneer de kat niets wil eten is het feit dát de kat iets binnenkrijgt, belangrijker dan wát hij binnenkrijgt.
Medicatie
Er is medicatie die kan helpen de doorbloeding van de nier te stimuleren waardoor de filterfunctie langer behouden blijft, zoals bijvoorbeeld Semintra.
Soms is andere medicatie noodzakelijk, bijvoorbeeld om de bloeddruk te verlagen, misselijkheid te onderdrukken of fosfor te binden. In het geval van een bacteriële infectie kan het gebruik van antibiotica nodig zijn.
Deze medicatie moet levenslang gegeven worden.

Behandeling met natuurgeneeskunde
Ook met natuurgeneeskunde kan de verloren functie van de nieren helaas niet meer teruggebracht worden.
Wel zijn er kruiden waarmee gewerkt kan worden, zoals bijvoorbeeld Solidago, die de nierfunctie stimuleren en helpen verlies van eiwit via de urine tegen te gaan. Afhankelijk van de medische situatie is het soms mogelijk lange tijd alleen met natuurlijke middelen te werken in plaats van reguliere medicatie. Verder is het belangrijk te kijken waarom juist de nierfunctie van specifiek jouw kat faalt. Kijk naar de voeding die jouw kat gedurende zijn leven gekregen en heeft/krijgt en zijn drinkgedrag.
Veel katten drinken van nature veel te weinig en verkeren als het ware in een chronisch uitgedroogde toestand die de nieren uiteindelijk opbreekt. Verder staan de nieren vanuit de Chinese geneeskunst voor de emoties, en met name de emotie angst. Wanneer hier een disbalans in voorkomt kan dit dus effect hebben op het functioneren van de nieren en het ontstaan van problemen met de nieren. Met natuurgeneeskunde kun je onder andere hier op inspelen en zo verdere achteruitgang van de nieren voorkomen.

Wanneer je vermoed dat jouw kat nierfalen heeft is het belangrijk eerst een diagnose door de dierenarts te laten stellen en contact op te nemen met een natuurgeneeskundig therapeut voor aanvullende ondersteuning met natuurlijke middelen. Zelf experimenteren kan erg gevaarlijk zijn en de levenskwaliteit van je kat negatief beïnvloeden.